Soorten druiven
De rassen die het beste lukken in onze contreien zijn:
- boskoop glorie (blauwe druiven)
- vroege van der laan (witte druiven)
Enkele tips
- Als je een nieuwe plant koopt snoei die dan in het najaar terug tot op 1/3 (zeker tot in het harde hout).
- Na het snoeien pel je best de stam en zijtakken af. Door dit te doen hebben de dop- en wolluizen geen schuilplaats en is er minder kans op vraatziektes.
- De eerste 3 jaar verwijder je het best de bloemtrossen zodat de plant al zijn energie in het opbouwen van de gesteltakken kan steken.
- Net als tomaten moet men druiven ook "dieven". In een oksel laat je slechts 1 blad tot ontwikkeling komen, het vervolgstuk verwijder je. Dit is zeer belangrijk omdat er anders te veel blad ontstaat met als gevolg te weinig luchtcirculatie en beluchting (schimmelziektes) en doordat er dan te veel schuilplaatsen aanwezig zijn voor insecten (vraatziektes).
- Opdat de druiventrossen bij vroege van der laan na verloop van tijd niet zouden barsten moeten deze gekrent worden. Bij boskoop glorie is dit risico veel kleiner en hoeft men niet echt te krenten.
- Maak je geen zorgen als op de takken waterpareltjes ontstaan, dit is een teken dat de druivelaar gezond is
- Snoei op het moment dat het laatste blad gevallen is, dit is eind november-december.
- Snoei niet bij vriesweer
- Zet uw druivelaar in de winter niet op een verwarmde plaats, hij heeft een koudeprikkel nodig voor een goede vruchtzetting in het voorjaar dat volgt.
- Geef uw druivelaar tijdens de lente en zomer voldoende voedingsstoffen, kalk lust hij ook graag
- Zorg voor een regelmatige wateraanvoer. Dit geldt in het bijzonder bij jonge planten en druiven in een serre maar evengoed bij druiven in de buitenlucht tijdens lange droogteperiodes. Lange tijd geen water geven en dan plotseling wel kan net als bij tomaten de vruchten laten barsten.
- Indien je een vrije zuidermuur hebt is het ook mogelijk om druiven in pot te kweken.